Aardappel-abrikozensalade

(2 personen)


700 g geschilde, vrij vastkokende aardappelen
500 g goed rijpe abrikozen
250 g Leidse kaas
4 lente-uitjes
1 el witte wijnazijn
6 el olie
peper
zout
1 el fijngehakte koriander

 


Snijd de aardappelen in blokjes van ± 1 cm en kook ze in ± 8 minuten in water met zout gaar.
Dompel intussen de abrikozen tien tellen in kokend water, trek de velletjes eraf en verwijder de pit (of laat de abrikozen uitlekken).
Snijd de abrikozen in parten en de kaas in blokjes.
Maak de lente-uitjes schoon en snijd ze in ringetjes.


Klop in een grote schaal een sausje van de azijn, de olie en wat peper en zout.
Laat de aardappelblokjes uitlekken en meng ze direct door het sausje.
Laat de smaken iets intrekken.
Meng de abrikozen, de lente-uitjes en de blokjes kaas erdoor en bestrooi de salade met koriander.